Communiqué - Veiling van Termijndeposito's - 29-12-2021
De Centrale Bank van Suriname (de Bank) zal in het kader van haar Open Markt Operaties (OMO) op donderdag 30 december 2021 een aanvullende veiling houden om overtollige liquiditeit voor een langere termijn te bevriezen. Het doel hiervan is om overtollige liquiditeiten in het bankensysteem af te romen teneinde haar jaareinde basisgeld doelstelling te realiseren en de inflatie neerwaarts te beïnvloeden.
Tijdens deze veiling zal de Bank zich richten tot een grotere doelgroep t.w. zowel de banken als de niet-bank financiële instellingen en overige instellingen die onder toezicht staan van de Bank. Voor de veiling van donderdag 30 december 2021 is het OMO-volume gesteld op SRD 1.300,- miljoen voor een termijndeposito met een looptijd van 3 maanden, waarbij de bovengenoemde doelgroepen worden toegelaten om via het veilingplatform hun gewenste bod te plaatsen. De veiling van de TD’s is open van 08:00 uur tot en met 10:30 uur.
De participanten kunnen hun biedingen plaatsen in een daarvoor bestemd veilingbiedformulier onder vermelding van het biedbedrag en de gewenste rente. De ingevulde veilingbiedformulieren dienen uitsluitend te worden gemaild naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..
De gegevens van het 3-maandse termijndeposito zijn als volgt:
Voor meer informatie over Open Markt Operaties, klik hier.
Paramaribo, 29 december 2021
CENTRALE BANK VAN SURINAME
Communiqué - Termijndeposito Veilingresultaat - 29 - 12 - 2021
De Centrale Bank van Suriname heeft op woensdag 29 december 2021, een termijndeposito veiling met twee looptijden onder de algemene banken gehouden. Zij heeft een bedrag van SRD 1.100,- miljoen geveild. De algemene banken waren in de gelegenheid om biedingen te plaatsen op de termijndeposito’s met de respectieve looptijden van 1-week ter waarde van SRD 900,- miljoen en 1-maand ter waarde van SRD 200,- miljoen.
De algemene banken hebben in totaal SRD 240,- miljoen geboden voor het termijndeposito met een looptijd van 1-week en SRD 100,0 miljoen respectievelijk op het 1-maandse termijndeposito. De Bank heeft tijdens deze veiling overtollige liquiditeiten voor een langere termijn kunnen bevriezen. De algemene banken hebben in totaal SRD 760,- miljoen minder dan het OMO-volume geboden. De Bank is genoodzaakt op basis van dit resultaat een extra termijndepositoveiling te houden, ten einde haar jaareinde basisgeldhoeveelheid alsook haar inflatie doelstelling te realiseren.
De gewogen gemiddelde toegewezen rente (OMO-rente) is gestegen met 0.1 procentpunten en bedraagt 79,5%. De inflatie jaar op jaar per eind november bedraagt 63,3% en de verwachte jaareinde inflatie voor 2022 bedraagt 25,8%.
Veilingresultaat 29 december 2021 (week)
Veilingresultaat 29 december 2021 (maand)
Rente op de termijndepositoveilingen
De totstandkoming van de rente op de termijndepositoveilingen en de doorwerking daarvan
De Centrale Bank van Suriname (de Bank) heeft naar aanleiding van de discussies die in de samenleving worden gevoerd over de hoge renteniveaus gemeend verduidelijking te geven over haar nieuw monetair beleidsraamwerk en de werking daarvan.
Beleidsuitgangspunten
De Bank heeft met de overgang naar een flexibel wisselkoerssysteem in juni 2021 en de start van de termijndepositoveilingen in juli 2021 een nieuw tijdperk ingeluid in het kader van haar monetaire beleidsvoering. In dit nieuw monetair beleidsraamwerk richt zij zich op het beïnvloeden van basisgeld, dat bestaat uit de door de Bank in omloop gebrachte bankbiljetten en de tegoeden van de algemene banken bij de Bank. Door het beheersen van het basisgeld streeft de CBvS ernaar om het aanbod van geld dusdanig te beheersen dat de vraag naar goederen en diensten in evenwicht is met het aanbod daarvan. Zodoende, kan de inflatie worden teruggedrongen en laag worden gehouden.
Het nieuw monetair beleidsraamwerk is gebaseerd op het marktconform tot stand komen van de wisselkoers en de rente. De Bank bepaalt welke hoogte van het basisgeld zij nastreeft, gegeven het verwachte inflatieniveau en de verwachte economische groei. Indien de actuele omvang van het basisgeld hoger is dan de omvang die zij nastreeft, gaat zij vervolgens over tot het afromen van het teveel aan SRD’s in het bankensysteem.
Het afromen van de overtollige liquiditeiten heeft een prijs die wordt bepaald op de veilingen van termijndeposito’s van de Bank. Op deze veilingen kunnen de algemene banken aangeven welk bedrag en tegen welke rente zij wensen te beleggen in de termijndeposito’s. Dit betekent dat de rente vrij tot stand komt gebaseerd op de biedrentes van de algemene banken. De rente die tot stand komt op de termijndepositoveilingen wordt aangeduid als de gewogen gemiddelde toegewezen Open Markt Operatie rente (OMO-rente). Openmarktpolitiek is een van de klassieke monetaire instrumenten, waarbij centrale banken waardepapier kopen of verkopen (ook wel OMO’s) met als doel de geldhoeveelheid te beïnvloeden.
De termijndepositoveilingen
De Bank veilt wekelijks termijndeposito’s met een looptijd van één week en, indien nodig, ook van één maand en drie maanden via haar openmarktoperaties om de omvang van het basisgeld te verminderen. De vermindering van het basisgeld houdt in het terugbrengen van het teveel aan SRD in het bankensysteem, zodat de liquiditeiten in omloop geen inflatie zullen aanwakkeren.
Het 1-weekse termijndeposito is thans het voornaamste beleidsinstrument van de Bank, waarmee zij de omvang van het basisgeld en daarmede indirect de korte-termijn rente tracht te beïnvloeden. De termijndeposito’s met de looptijden van één maand en drie maanden worden primair ingezet wanneer blijkt dat overtollige liquiditeiten in het bankensysteem voor langer dan een week moeten worden afgeroomd.
De rol van de algemene banken als volume- en rentebieders
De algemene banken vervullen een centrale rol in het voeren van het monetair beleid. Zij zijn namelijk als volume- en rentebieders op het termijndepositoveilingplatform de voornaamste spelers binnen deze operatie van de Bank. De geboden volumes en rentes door de algemene banken vormen de basis voor de vaststelling van de OMO-rente. Zij kunnen voor eigen rekening maximaal 3 keer inschrijven op het OMO-volume van de Bank met vermelding van het gewenste rentepercentage. Het OMO-volume is de hoeveelheid SRD’s die de Bank op enig moment wenst af te romen uit het bankensysteem.
De OMO-rente van het 1-weekse termijndeposito (TD) dient als beleidsrente of referentierente voor het vaststellen van de korte-termijn rente op de interbancaire geldmarkt en van de deposito- en kredietrentes bij de algemene banken. De “cut-off” rente is de hoogst geboden rente die wordt gehonoreerd voor het behalen van het OMO-volume. De minimumrente is de laagst geboden rente bij de toewijzing van het OMO-volume. De hoogst en laagst geboden rente hebben tot nog toe geen enkele invloed uitgeoefend op de rentetarieven van de algemene banken.
De OMO-rente komt tot stand aan de hand van de biedingen van de algemene banken. De Bank kan ingrijpen, indien blijkt dat het vastgesteld doel voor het basisgeld niet in overeenstemming is met haar primaire doelstelling van lage en stabiele inflatie. In dit kader heeft de Bank onlangs een minimumrente geïntroduceerd op het 1-weekse termijndeposito om de appetijt van de algemene banken voor dit instrument te stimuleren en de geneigdheid om meer SRD’s te beleggen te vergroten. De aanleiding hiertoe is geweest de constatering dat de geboden volumes van de algemene banken gestaag afnamen, waardoor het doel van het basisgeld dreigde af te wijken van haar inflatiedoelstelling. De minimumrente heeft de rol van een incentive ter bevordering van de geneigdheid der algemene banken om meer volume te bieden en kan daarom niet worden gezien als een referentierente voor het bankensysteem.
Ontwikkeling van het rente-transmissiemechanisme
De OMO-rente zou in principe als referentierente moeten dienen voor de rentetarieven van de algemene banken. Theoretisch bezien, zou op deze manier de rente van een centrale bank moeten doorwerken op de rentetarieven in de economie. Echter, is het rente-transmissiemechanisme in Suriname vooralsnog beperkt ontwikkeld. Het is van belang dat een deel van de OMO-rente die tot stand komt op het veilingplatform wordt doorberekend door de algemene banken naar hun depositohouders. Hierdoor wordt het beleggen in de Surinaamse dollar gestimuleerd met het gevolg dat de behoefte om te vluchten in vreemde valuta en daarmede de druk op de wisselkoers afneemt. Daarnaast zal een deel van de OMO-rente worden doorberekend door de algemene banken naar hun kredietnemers.
Kosten van monetaire stabiliteit
De Bank is zich ervan bewust dat monetaire stabiliteit een prijskaartje heeft en het betreft in dit geval de rentekosten die de OMO’s met zich brengen. Zij is voortdurend bezig de ontwikkelingen nauwgezet te monitoren en te evalueren om de effectiviteit van het monetaire beleid te toetsen. Benadrukt wordt dat de huidige monetaire beleidsvoering met als hoofddoel het onder controle krijgen van de inflatie en het stabiel houden van de wisselkoers, zal worden gecontinueerd. De huidige hoge inflatie is vooral het gevolg van de hogere wisselkoersen sinds 7 juni 2021, de aanpassing van de prijzen van brandstof aan de pomp en de verhoging van de tarieven van nutsvoorzieningen. Verwacht wordt dat de inflatoire effecten van deze beleidsmaatregelen binnen circa 4 maanden uitgewerkt zijn. Daarom wordt in 2022 een daling van de inflatie verwacht en bijgevolg een afname van de rente.
Effect renteverhoging op huishoudens en ondernemingen
Hoge rentetarieven zullen van tijdelijke aard zijn. Naarmate veranderingen in de marktrentes effect uitoefenen op de bestedingen, de kredietvraag en het spaargedrag van het publiek zal de hoge inflatie verminderen en zal de rente hierdoor ook omlaag komen. De zeer hoge inflatie is uiterst schadelijk voor de economie en de koopkracht van de bevolking. De hoge rente is het tijdelijke offer dat moet worden gebracht om de inflatie omlaag te krijgen. De Bank erkent dat een renteverhoging enerzijds aantrekkelijk is voor de spaarders en beleggers om hun geld te plaatsten bij de algemene banken en anderzijds een uitdaging is voor kredietnemers bij het sluiten van rendabele nieuwe kredieten. De hoge rentes zullen de bestedingen van ondernemers en consumenten in deze fase dus doen verminderen. Dit zijn helaas de economische kosten van monetaire stabilisatie.
Slot
De ontwikkeling van het rente-transmissiemechanisme in een onderontwikkelde geld- en kapitaalmarkt, zoals de Surinaamse, blijkt een zeer uitdagende operatie te zijn. Te meer, omdat het rente-instrument nimmer in Suriname is toegepast om beleidsdoelen te realiseren. De vrees voor rentestijgingen is net als wisselkoersstijgingen en subsidie-verlagende maatregelen reëel en begrijpelijk doch in het stadium waarin Suriname verkeert met de uitvoering van het Meerjaren Ontwikkelingsplan, het Herstelplan en het ondersteuningsprogramma van het Internationaal Monetair Fonds zullen tijdelijke rentestijgingen niet te vermijden zijn. Van belang is dat de bankinstellingen, die in dit monetair beleidsraamwerk de voornaamste stakeholders zijn, de rentebiedingen op de termijndepositoveilingen van de Bank baseren op een gedegen financiële analyse en de haalbaarheid van de geboden rentes in de eigen bedrijfsvoering (m.a.w. op deposito’s en kredieten) kritisch nagaan. Het behalen van korte-termijn winst uit hoofde van het bieden van onrealistische hoge rentes is onverantwoord en kan de Bank ertoe dwingen additionele instrumenten in te zetten om haar doelen voor de omvang van het basisgeld te behalen.
Communiqué - Veiling van Termijndeposito's - 27-12-2021
De Centrale Bank van Suriname (de Bank) zal in het kader van haar Open Markt Operaties (OMO) op woensdag 29 december 2021 haar wekelijkse veiling van termijndeposito’s (TD’s) continueren. Het doel hiervan is om overtollige liquiditeiten in het bankensysteem af te romen teneinde de inflatie neerwaarts te beïnvloeden. De minimumrente op het 1-weekse TD blijft gehandhaafd op 35,0%. De algemene banken worden in de gelegenheid gesteld biedingen te plaatsen hoger dan of gelijk aan deze minimumrente. Biedrentes die lager zijn dan de minimumrente worden beschouwd als niet succesvol en zullen derhalve niet worden toegewezen.
Bij de veiling op woensdag 22 december 2021 heeft de Centrale Bank van Suriname een termijndepositoveiling met drie looptijden en een minimumrente van 35,0% onder de algemene banken gehouden. Het OMO-veilingvolume was SRD 1.400,- miljoen, waarvan SRD 500,- miljoen voor de 1-weekse TD’s, SRD 800,- miljoen voor de 1-maandse TD’s en SRD 100,- miljoen voor de 3-maandse TD’s. Door de algemene banken was in totaal SRD 175,- miljoen geboden op de TD’s met een looptijd van 1-week en SRD 60,- miljoen respectievelijk voor het 1-maandse en 3-maandse termijndeposito’s.
De Centrale Bank van Suriname gaat onverkort door met haar geld verkrappend beleid. Het OMO-veilingvolume voor woensdag 29 december 2021 bedraagt in totaal SRD 1.100,- miljoen, waarvan SRD 900,- miljoen geveild zal worden voor het 1-weekse termijndeposito en SRD 200,- miljoen voor het 1-maandse termijndeposito. De minimumrente op het 1-weekse TD blijft gehandhaafd op 35,0%. De veiling van de TD’s is open van 08:00 uur tot en met 10:30 uur.
De algemene banken kunnen hun biedingen plaatsen in een daarvoor bestemd veilingbiedformulier onder vermelding van het biedbedrag en de gewenste rente. De ingevulde veilingbiedformulieren dienen uitsluitend te worden gemaild naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken..
De gegevens van het 1-weekse termijndeposito zijn als volgt:
De gegevens van het 1-maandse termijndeposito zijn als volgt:
Voor meer informatie over Open Markt Operaties, klik hier.
Paramaribo, 27 december 2021
CENTRALE BANK VAN SURINAME
Communiqué - Termijndeposito Veilingresultaat - 22 - 12 - 2021
De Centrale Bank van Suriname heeft op woensdag 22 december 2021, een termijndeposito veiling met drie looptijden onder de algemene banken gehouden. Zij heeft een bedrag van SRD 1.400,- miljoen geveild. De algemene banken waren in de gelegenheid om biedingen te plaatsen op de termijndeposito’s met de respectieve looptijden van 1-week ter waarde van SRD 500,- miljoen, 1-maand ter waarde van SRD 800,- miljoen en 3-maands ter waarde van SRD 100,- miljoen.
De algemene banken hebben in totaal SRD 175,- miljoen geboden voor het termijndeposito met een looptijd van 1-week en SRD 60,0 miljoen respectievelijk op het 1-maandse termijndeposito en 3-maandse termijndeposito. De Bank heeft tijdens deze veiling overtollige liquiditeiten voor een langere termijn kunnen bevriezen. De algemene banken hebben in totaal SRD 1.105,- miljoen minder dan het OMO-volume geboden. De gewogen gemiddelde toegewezen rente (OMO-rente) is gestegen met 14.2 procentpunten en bedraagt 79,4%. De reële OMO-rente, na correctie voor inflatie (63,3% jaar op jaar per eind november), bedraagt 16,1%.
Veilingresultaat 22 december 2021 (week)
Veilingresultaat 22 december 2021 (maand)
Veilingresultaat 22 december 2021 (3-maandse)